Morgen is kroonprins Willem-Alexander jarig en prompt duikt al weken de vraag op: is het niet de hoogste tijd dat hij zich aan zijn dynastieke belangen gaat wijden? Voor de gemiddelde Nederlander is 30 jaar niet oud om te trouwen, maar wél voor een troonopvolger die zijn kinderen uit de luiers moet hebben voordat hij zijn inmiddels 59-jarige moeder opvolgt en een meer dan complete dagtaak krijgt.
Sinds de "ontdekking" van de kroonprinselijke vriendin Emily Bremers, een Nijmeegse orthodontistendochter, is de vervolgvraag al ruim twee jaar: kan een burgermeisje wel een goede koningin worden? De Nederlandse ambassadeur bij de Raad van Europa, Gualthérie van Weezel, vond het nodig om te vertellen dat "een meisje van om de hoek" niet snel op voet van gelijkheid met andere vorsten zal kunnen functioneren. Het is echter onzin om te veronderstellen dat alleen aristocratische vrouwen het goed doen: in twee Scandinavische landen zitten namelijk met succes burgermeisjes op de troon. Men kan eerder stellen dat de persoonlijkheid en het verleden van de betrokkene doorslaggevend zijn.
In 1973 was de populariteit van de Zweedse monarchie tot een dieptepunt gezakt. Na de grondwetsherziening die het koningschap zuiver ceremonieel van aard maakte, zei ministerpresident Olaf Palme:"Wij zijn slechts een pennestreek van de republiek verwijderd". Palme rekende echter buiten de Duitse Olympische hostess Silvia Sommerlath. Voor zijn huwelijk was het onduidelijk of Carl XVI Gustav het wel zou redden. Hij was een verlegen, onzekere man met grote spraakproblemen voortkomend uit woordblindheid. De fotogenieke Silvia bezorgde hem en de Zweedse monarchie wat hoognodig was: zelfverzekerdheid, intellect, veerkracht, aanpassingsvermogen, spaarzaamheid en vooral bescheidenheid. Zij maakte dat het onmogelijke bereikt werd: in een republikeins land met kritische bewoners werd de monarchie een onomstreden instituut. Nog maar 10% van de Zweden wil een republiek en Carl Gustav is, dankzij de stille kracht achter zijn troon, al jaren de populairste man van Zweden.
Noorwegen geeft het bewijs dat ook een burgermeisje uit éigen land een uitstekende koningin kan zijn. Negen jaar lang moest Sonja Haraldsen wachten op toestemming om de toenmalige kroonprins Harald te trouwen. Wijlen koning Olav sprak uiteindelijk met leden van de regering en parlement en ontdekte dat niemand ernstige bezwaren had omdat Sonja een smetteloos verleden had. Zowel het huwelijk als Sonja's bijdrage aan de monarchie werden een grote succes hoewel er niemand was om de dochter van de Noorse mode-zakenman in te werken.
Neem dan de aristocraten! Prins Henrik van Denemarken werd ronduit bespot in zijn nieuwe vaderland. De Franse graaf is altijd een steile Franse aristocraat gebleven en dat viel verkeerd in het gemoedelijke, egalitaire Denemarken. De voormalige diplomaat voelde zich zelf jarenlang ongelukkig omdat zijn positie volledig was afgeleid van die van zijn vrouw, koningin Margarethe. Ook in België vond er in jaren zestig een clash tussen culturen plaats toen een Italiaanse, vrijgevochten, aristocrate niet kon aarden in haar "gouden kooi". Koningin Paola kwijt zich nu goed van haar taak, maar haar vroegere daden waren voer voor de roddelbladen. Dat aristocratie geen garantie voor succes is, is natuurlijk bij uitstek bewezen in Engeland. Lady Diana Spencer, dochter van een Britse graaf, was in 1981 een naïeve peuterleidster. Zonder enig schooldiploma werd zij kroonprinses van Engeland en faalde voor het oog van de wereld om haar "stand op te houden". Diana werd afgekocht nadat zij de vuile was had buitengehangen en had getracht haar echtgenoot buiten spel te zetten door de voorkeur van het publiek te winnen. Met dit gedrag bracht zij mede een discussie over de wenselijkheid van de Britse monarchie op gang.
Het Britse hof heeft één grote fout gemaakt: men liet geen psychologisch onderzoek doen. Bovendien zag zij niet in dat het vooral vrouwen zijn die de roddel- en vorstenbladen lezen en dat de vrouw daarom altijd meer aandacht van de pers krijgt dan de man: alleen sterke vrouwen met een bescheiden instelling vormen geen gevaar voor hun echtgenoot. Na het huwelijk bleek het verlegen meisje eetproblemen te hebben en te dreigen met zelfmoord.
Het Britse hof wist niet met haar noodkreten om te gaan en betaalde de hoge rekening nadat Diana in psychotherapie was gegaan. Diana onderging een metamafose en nam verbeten het heft in eigen handen met alle gevolgen van dien.
Uit de geautoriseerde biografie van prins Charles blijkt hoe groot de problemen van Diana waren: een zwaar narcistische persoonlijkheid met neigingen tot zelf-destructie. Ook Diana's ghostwriter Andrew Morton heeft erkend dat Diana nooit een uitgebalanceerde persoonlijkheid is geweest.
Deze voorbeelden tonen aan dat persoonlijkheid en verleden belangrijker zijn dan een adellijke afkomst. Silvia van Zweden en Sonja van Noorwegen zijn beiden sterke, zelfbewuste vrouwen. Tegelijkertijd vinden ze het geen probleem om "dienstbaar" te zijn en te leven in een gouden kooi met de pers als eeuwige wacht. Als vrouw zijn ze de lieveling van de pers en het publiek, maar ze doen onmiddellijk een stap terug zodra hun echtgenoot in het vizier komt. Ook voor de Spaanse koningin Sofia, een geboren Griekse prinses, geldt dat zij zich primair als echtgenote en moeder opstelt, maar tegelijkertijd leidinggevende is in een aantal charitatieve instellingen en zo haar eigen maatschappelijke takenpakket heeft.
Aristocratie kan zelfs een nadeel zijn: teveel gericht op eigen kring en te weinig weet van hoe het er écht in de wereld aan toegaat. Diana's verhaal is vooral een verhaal van tragiek: de hand overspelen omdat zij haar eigen grenzen niet kende. Zij speelde een filmsterrenrol die eerder bij Amerikaanse pulpseries past dan bij de harde maatschappelijke realiteit.
Of Emily Bremers is afgewezen omdat zij burgermeisje is, is onbekend want alle betrokkenen zwijgen al langer dan twee jaar als het graf. Wij weten evenmin iets van haar persoonlijkheid af, maar wél van haar verleden. Roddelblad Weekend was degene die Emily twee jaar geleden presenteerde als "verloofde" en deze verklaring vorig jaar introk: Beatrix zou herhaaldelijk een verloving hebben geweigerd vanwege een familieschandaal. Al 20 jaar eerder publiceerde Vrij Nederland over een miljoenenfraude door ooms van Emily: gemeenschaps- en overheidsgelden kwamen via dubieuze stichtingen op privé-rekeningen terecht. Maar ook zonder deze fraude was Emily niet zo een "ongeschreven blad" als de buitenlandse koninginnen zijn geweest: de roddelbladen hebben aangetoond dat zij een actief liefdesleven had vóór Willem-Alexander. Bovendien hadden de "bladen" al gezorgd dat roddelminnend Nederland wist dat vader Bremers "de foutste schoonvader van Nederland" was: woont fiscaal in het buitenland en houdt er reactionaire ideeën ten aanzien van wapenbezit op na. Het is waarschijnlijker dat Emily slachtoffer is geweest van haar (familie)verleden en de roddelbladen, dan dat zij is afgewezen omdat zij "maar een burgermeisje" is.
Los van de persoon van Emily gaat Nederland verder met de discussie over de "profielschets" van onze toekomstige koningin-echtgenote. In deze discussie mag de kwestie "aristocratie" geen rol spelen want de moderne tijd stelt andere eisen aan koninginnen. De vraag behoort te zijn: bezit de aanstaande echtgenote de juiste persoonlijkheid en is haar verleden "schoon" genoeg om als koningin goed te kunnen functioneren? Een koningin moet immers algemeen acceptabel zijn om zich boven de "onderdanen" te kunnen "verheffen" en alle Nederlanders te representeren. Een koningin-echtgenote heeft daarbij een zwaardere taak dan een prinsgemaal omdat vrouwen meer aandacht trekken dan mannen en daarom ook "meer in huis" moeten hebben willen zij zichzelf en de monarchie populair maken en houden. Willem-Alexander heeft het probleem dat hij straks een vrouw opvolgt; de keuze van een goede koningin-echtgenote is daarom cruciaal. Voor de kroonprins zit er waarschijnlijk niets anders op dan een meisje te zoeken dat de tweede viool wil spelen maar toch een sterke, evenwichtige persoonlijkheid heeft, een verleden heeft waarop de roddelbladen niets op aan te merken hebben en ook nog eens algemeen acceptabel is.
Toelichting in najaar 2015:
Dit analyse-artikel, dat op 26 april 1997 gepubliceerd is op de opiniepagina van NRC Handelsblad, is geschreven ter gelegenheid van de dertigste verjaardag van toenmalig kroonprins Willem-Alexander. Het is sindsdien een eigen leven gaan leiden. In 1997 leek Emily Bremers uitgerangeerd te zijn als huwelijkskandidate omdat haar eigen "ontdekker", roddelblad Weekend, haar had afgeschreven. Het artikel is vanuit dat perspectief geschreven. In januari 1998 dook Emily Bremers echter op als gast bij een verjaardagsfeest van koningin Beatrix. Daarna was zij aanwezig bij de huwelijksinzegening van prins Maurits en Marilène van den Broek. Roddelbladen en kwaliteitsmedia begonnen zich vervolgens voor te bereiden op het moment dat de Rijksvoorlichtingsdienst een koninklijke verloving bekend zou gaan maken.
Die afkondiging voor een koninklijke verloving is nooit gekomen. Daarom is in 1999, met medewerking van de toenmalige hoofddirecteur en reeds afgezwaaide hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst (Eef Brouwers en Hans van der Voet), een mediahistorische reconstructie gemaakt waarom de media klaarstonden voor een huwelijksaankondiging terwijl de Rijksvoorlichtingsdienst ten stelligste ontkende dat deze op handen was. Aangezien de hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst tevens de woordvoerder van de minister-president was: op deze ontkenningen was de ministeriële verantwoordelijkheid van toepassing. In het najaar van 1998 volgden, op het nieuws dat het "uit" was tussen de kroonprins en Emily Bremers, dan ook prompt vragen in de Tweede Kamer. Onder meer werd door mijn persoon systematisch onderzoek verricht naar artikelen met berichtgeving over Emily Bremers in de knipselkranten van de Rijksvoorlichtingsdienst (met wekelijkse nieuwsgaring over het Koninklijk Huis). Dit gebeurde ter plaatse in de bibliotheek- en documentatieafdeling van de Rijksvoorlichtingsdienst aan het Haagse Binnenhof. Ook werd in gesloten (ondergrondse) depot van de KB, de nationale bibliotheek te Den Haag, met bijzondere toestemming systematisch onderzoek gedaan in de roddelbladen. Alle gevonden publicaties werden vervolgens in eigen werkruimte chronologisch in werkdocumenten uitgewerkt en geanalyseerd. Op grond van deze reconstructie was ik in staat lijnen te bespeuren en tevens gepubliceerde informatie terug te vinden die ook de hoofddirectie van de Rijksvoorlichtingsdienst gedurende de jaren 1995-1998 op het moment zelf gemist had als gevolg van de omvangrijke publiciteitsstroom rond het Koninklijk Huis. Hoofdpunten uit de analyse van deze mediahistorische reconstructie zijn op speelse en ludieke wijze, in de stijl van de Emily!-verslaggeving van de Volkskrant in de jaren 1995-1998, op drie verschillende analytische niveaus verwerkt in Emily! De koninklijke verloving die niet doorging (Uitgeverij Het Spinhuis, 1999). Het eerste deel van de boektitel - Emily! - was het motto (en ergernis) binnen de redactielokalen van de Volkskrant: binnen een zich populariserende stijl wilde de krant zich ook richten op het lichte nieuws rond het koningshuis. De ironische schrijfwijze is gekopieerd voor het boek. De koninklijke verloving die niet doorging: dat was de kop van NRC Handelsblad in september 1998 toen het "uit" bleek te zijn. De krant had jarenlang serieus rekening gehouden met een eventuele huwelijksaankondiging en journalistiek mensen ingezet teneinde klaar te staan om groot nieuws te kunnen verslaan in eigen krant. De twee koppen dekten het probleem: het onderscheid tussen "vriendin" en "huwelijkskandidate" was moeilijk te trekken en bij gebrek aan betrouwbare bronnen werden de roddelbladen bijzonder goed gelezen bij redacteuren van diverse journalistieke titels terwijl de Rijksvoorlichtingsdienst geen politiek mandaat had om zich uit te spreken over de kwestie.
Het boek Emily! De koninklijke verloving die niet doorging reconstrueerde ook dat de roddelbladen tot januari 1998 geen eenheid hadden gevormd: waar Weekend nieuws onthulde en warm hield, daar ging concurrent Story juist in de aanval. Pas in januari 1998, nadat Emily Bremers plotseling welkom bleek te zijn bij koningin Beatrix, werd unaniem op een huwelijksaankondiging gewacht.
Het was een mediahistorische analyse op basis van een reconstructie van wat precies gepubliceerd is. Ik had mijzelf min of meer verplicht gevoeld na het schrijven van dit specifieke artikel over de partnerkeuze van kroonprins Willem-Alexander in april 1997. Tot mijn grote verbazing werd mijn persoon na dit artikel namelijk plotseling gezien als een deskundige op een terrein dat ik nooit geambieerd had. Ik had op dat moment, in april 1997, ook niet de inhoudelijke expertise aangaande processen binnen massacommunicatie om de problematiek nader te duiden. Ik deed in 1997 slechts uitspraken op grond van vergelijkende monarchiestudie. Met name binnen de redacties van radio- en televisieprogramma's begon mijn naam echter rond te zoemen. De media zijn tot september 1998 daarom door mijn persoon slechts afhoudend ter woord gestaan, maar ondertussen bleek het probleem binnen het journalistieke landschap en de Rijksvoorlichtingsdienst groot te zijn geworden. Om meerdere redenen nam ik daarom in 1998 de handschoen op om te verklaren waarom ik in 1997 naar mijn gevoel terecht uitspraken had gedaan. Niet alleen eindverantwoordelijken binnen de Rijksvoorlichtingsdienst, maar ook journalisten waren in de problemen gekomen.
Zo was ik bijvoorbeeld in juli 1998 benaderd door een documentalist van NRC Handelsblad en vervolgens door freelance journalist Peter Middendorp. Het bleek dat Peter Middendorp informatie uit mijn artikel had overgenomen voor een artikel in opinieweekblad HP/De Tijd van 3 juli 1998. Hij interpreteerde ten onrechte "ooms van Emily" als "broers van Louis Bremers". Louis Bremers had echter helemaal geen broers. Als gevolg van deze verwarring, en de informatie die ik telefonisch kon mededelen, werd HP/De Tijd gedwongen tot rectificatie (31 juli 1998). Ook plaatste het blad diverse ingezonden brieven, onder meer van Louis Bremers, de vader van Emily Bremers (10 juli 1998, 17 juli 1998, 14 augustus 1998).
De informatie zoals ik had verwerkt, klopte echter in journalistieke zin: weekblad Weekend had op 22 juni 1996 een scoop gehad: ooms van Emily Bremers waren betrokken geweest bij de in de jaren zeventig geruchtmatige affaire "het Nollen Syndicaat". Weekend werkte deze scoop heel precies en journalistiek controleerbaar uit met informatie uit een boek van onderzoeksjournalist Rudie van Meurs: Het Nollen Syndicaat. Een zakenman in barmhartigheid (Amsterdam, Uitgeverij Vrij Nederland/Weekbladpers, 1978). Weekblad Weekend gebruikte in juni 1996 deze affaire ter verklaring waarom Emily Bremers zou zijn afgewezen door koningin Beatrix als serieuze huwelijkskandidate, onder de kop "Liefdesdrama voor Willem-Alexander. Familieschandaal maakt romance kapot".
Op 29 januari 1998 had NRC Handelsblad het "nieuws", afkomstig uit mijn artikel verwerkt voor een journalistieke mededeling in eigen krant, in een bijzondere bijlage ter gelegenheid van de 60ste verjaardag van koningin Beatrix. Hierin werd gesteld dat het huwelijk van de troonopvolger een staatsaangelegenheid was. 'In "de bladen" gelden de Zweedse prinses Victoria en de van oorsprong Nijmeegse orthodontistendochter Emily Bremers als belangrijke kandidaten. Laatst genoemde zou, volgens serieuze bronnen rondom de prins, op dit moment de hoogste ogen gooien. Geheel zonder publicitair risico zou deze keuze niet zijn: de ouders van de mogelijk toekomstige koningin hebben zich inmiddels in Brasschaat, in het fiscaal aantrekkelijke België gevestigd, het weekblad Panorama portretteerde haar vader twee jaar geleden al als "de foutste schoonvader" van Nederland, zijn broers haalden in de jaren zeventig de kolommen van Vrij Nederland wegens fraude en belastingontduiking. Zonder stressbestendigheid tegen mediageweld valt in koninklijke kring steeds moeilijker te leven.' De documentalist van NRC Handelsblad stuurde mij later dit artikel op als zijnde de tweede, teruggevonden bron van Peter Middendorp wat betreft de journalistieke mededelingen over belastingfraude.
Peter Middendorp is zelf op deze kwestie teruggekomen in een groot artikel in de Volkskrant, 5 juli 2014 ("Bright lights, Big City"). Hij kreeg in 1998 de "gele kaart" van de toenmalige hoofdredacteur van HP/De Tijd. In een artikel over het verloop van zijn schrijversambities reconstrueerde hij hoe moeizaam het was om zich na deze misser te handhaven als schrijver binnen de Amsterdamse grachtengordel. 'Ik had nog niets geschreven dat iemand wilde publiceren. Ik had een vriendin die mij niet voor vol aanzag. Van de hoofdredacteur had ik die ochtend een gele kaart gekregen. In een verhaal over Emily, de aanstaande van de kroonprins, had ik geschreven: "Geen wonder dat haar vader van fraude wordt verdacht, al zijn broers zijn er al voor veroordeeld." In De Telegraaf had de vader geriposteerd: "Ik heb geen broers". Maar het ergste was: mijn dealer was dood.' Zijn droomcarrière van studeren in Groningen, een schrijverscarrière opbouwen in Amsterdam en zich daarna vestigen in New York: het leek aan scherven te liggen. Ook zijn uitgever van een nog uit te geven roman voelde hem aan de tand op een feest waar hij als eerste gast arriveerde. '"Wat hoor ik", zei hij toen ik de hal instapte en naar een glas champagne op een dienblad greep. "Heb je de gele kaart gehad? Heeft de vader van Emily geen broers?" "Het waren zwagers, geen broers", zei ik, terwijl ik hem voorbij liep. "De ooms van Emily. Daar heb ik broers van gemaakt, dat is alles. Kleinigheidje."' In het schrijverscafé voelde Middendorp zich niet meer welkom. 'Zoals in vroeger tijden op vreemdelingen werd gereageerd in een saloon, zo reageerden de schrijvers op mij toen ik de volgende dag het schrijverscafé betrad. Alle gesprekken vielen stil. Iedereen keek naar mij. Drie mannen stapten van hun krukken en gingen voor me staan, de armen over elkaar. Ik was gezien. Iedereen kende mij. Mijn aanwezigheid was voortaan overbodig.' Peter Middendorp is tegenwoordig columnist bij de Volkskrant en schrijft romans, onder meer over zijn achtergrond in Drenthe, Vertrouwd voordelig (interview in de Volkskrant, Magazine, 30 augustus 2014).
Voor mij persoonlijk was dit specifieke NRC-artikel van 27 april 1997 een stap in een reeds lopend proces. Al eerder had ik in soortgelijke trant geschreven in opinieartikelen in NRC Handelsblad (24 november 1994: "Engelse lessen voor Oranje"; 28 januari 1995: "Niemand weet of Emily geschikt is") en de Volkskrant (7 januari 1997: "Laat Emily eindelijk met rust!"). Deze artikelen, waarvan de koppen overigens de keuze waren de opinieredacties, raakten verouderd met dit artikel op 26 april 1997. Ik heb nooit meegedaan aan speculaties rond de geschiktheid van Emily Bremers voor de functie van koningin-echtgenote. Ik heb alleen overwegingen gegeven voor het maken van een "profielschets" van een toekomstig koningin-echtgenote.
Reeds het artikel in de Volkskrant ging over de noodzaak om tot een goede profielschets van de functie van de koningin-echtgenote te komen. Diverse media hadden Emily Bremers achtervolgd nadat een auto-ongeluk in januari 2015 had aangetoond dat zij en de kroonprins gezamenlijk, voor privédoeleinden, richting Oostenrijk gereisd hadden. Een dergelijke heksenjacht kon gaan optreden bij een nieuwe vriendin van kroonprins Willem-Alexander. Dit gebeurde inderdaad ook in september 1999 nadat de kroonprins was gefotografeerd met een nieuwe blondine in intieme pose. De Nederlandse koningin-echtgenote is een functionaris van staat met een staatsinkomen. Voor een huwelijk van de troonopvolger(s) is toestemming van de Staten-Generaal nodig. Een huwelijk van een troonopvolger in de eerste lijn van troonopvolging is dus nooit een zuivere privékwestie, maar altijd een staatkundige aangelegenheid. Rond de persoon van Emily Bremers ging daarom een publieke discussie sluimeren die voluit in de media kwam nadat duidelijk werd dat het "serieus" werd met Máxima Zorreguieta: zal er maatschappelijk draagvlak zijn voor een huwelijk? De toestemming voor het geven van een koninklijk huwelijk, waarbij de rechten op troonsbestijging intact blijven, gebeurt in Nederland op basis van grondwettelijke regels in een "Verenigde Vergadering" van de Staten-Generaal: de Eerste en Tweede Kamer komen daarvoor samen in een bijzondere parlementaire zitting. De media namen "framing" punten over uit de Emily-kwestie en Nederland raakte vanaf september 1999 vertrouwd met de "Zorreguieta"-kwestie.
Het opiniërende analyse-artikel in de Volkskrant van 7 januari 1997: dat was een analyse op basis van historische feiten ter gelegenheid van het zestigjarige huwelijk van koningin Juliana en prins Bernhard. Het was redactie van de opiniepagina van de Volkskrant die besloot op de actualiteit centraal te stellen via kop en intro. Dergelijke keuzes worden door de redactie gemaakt, niet door een auteur die schrijft van in de rol van deskundige - in dit geval als historicus en bestuurskundige. Afsluitende passage in het opinie-artikel in de Volkskrant (7 januari 1997): 'Belangrijk is dat Prins Willem-Alexander bekend maakt hoe hij denkt over zijn toekomstig koningschap: kiest hij voor een politiek-inhoudelijke bijdrage aan de regering waarvan de koning onderdeel uitmaakt? Een handelsbevorderende functie? Een ceremonieel koningschap? Een combinatie? Willem-Alexander wil waarschijnlijk een echtgenote met wie het én goed kan vinden én kan terugvallen bij het uitoefenen van de eenzame en zeer veeleisende functie van het koningschap. Als Willem-Alexanders keuzen bekend zijn, kan de functie van koningin-echtgenote ontworpen worden. Het ontwerp van beide functies heeft te maken met persoonlijke keuzen van de troonopvolger, maar vooral met de eisen die de tijd aan het koningschap stelt en de flexibiliteit van een persoon om zich daaraan aan te passen. Het is dus geen taak voor Willem-Alexander alleen. Pas als de profielschets gereed is, kan men gaan speculeren over de sollicitanten. Daarna is het laatste woord aan Willem-Alexander.'
Bij de huwelijkssluiting van kroonprins Willem Alexander en Máxima Zorreguieta, op 2 februari 2002, werden in soortgelijke geest redes gehouden door de burgemeester van Amsterdam en de predikant die het huwelijk sloten.
Voor verdere toelichting op het boek Emily! De koninklijke verloving die niet doorging (1999) en de daaruit voort komende publicatie in de wetenschappelijke bundel Journalistieke Cultuur (2002) zie de toelichting bij het artikel "Perfectionistische koningin". Het vraagstuk achter de verrichte onderzoeken is in belang is toegenomen.
De foto van prinses Diana, Prinses van Wales, tijdens een bezoek aan Chicago (Verenigde Staten): is afkomstig van Wikipedia. De foto werd genomen een werkbezoek om geld in te zamelen voor kankeronderzoek, juni 1996. De prinses was op dat moment al gescheiden van prins Charles. Zij overleed in augustus 1997, nadat dit artikel was gepubliceerd in NRC Handelsblad. Foto: Gegodeju.